Pilotplan

Test in het klein en ontdek of je oplossing echt werkt

2 uur

actieteam inclusief

na co-creatie

Hoe kom je erachter of de oplossing die jullie samen hebben bedacht echt werkt? Of het doet wat je wil dat het doet? Dat doe je met een pilot. Een pilot is een tijdelijk, klein project bedoeld om een nieuw idee uit te proberen. Zo leer je snel wat je moet aanpassen voordat je het op grote schaal gaat uitrollen. Het helpt om risico’s te verkleinen en snel inzichten op te doen. In deze tool helpen we je met de opzet van het pilotplan.

Stel samen met je actieteam inclusief onderwijs het pilotplan op.

Bij een pilotplan horen in ieder geval de volgende zaken (gebruik deze lijst als checklist):

omschrijving van de uitdaging en de bedachte oplossing
omschrijving van de pilot (de oplossing uittesten in het klein): wat ga je doen?
omschrijving van het doel / toekomstbeeld waar je naartoe wil als je de oplossing grootschalig zou uitvoeren (goed om deze niet uit het oog te verliezen)
tijd: hoe lang duurt de pilot?
mensen: wie neemt deel aan de pilot, wie voert uit?
een meetbare factor die verandering kan aantonen, die je meet in het begin van de pilot en aan het einde
een planning met taakverdeling geplot over de duur van de pilot
een evaluatieplan (wat evalueer je nog meer naast de meetbare verandering?)

Communiceer het pilotplan met je schoolteam (indien je het pilotplan op school uitvoert) of aan de schoolleiders van alle deelnemende scholen (indien je het pilotplan in de wijk uitvoert). Vertel het ook aan andere belanghebbenden. Het is een goede manier om mensen enthousiast te maken over inclusief onderwijs en te laten zien dat je echt iets gaat dóén.

Besteed in ieder geval 1 uur met het actieteam om een pilotplan te maken en 1 uur om na afloop te evalueren. Hoe lang de pilot zelf duurt en hoeveel tijd het kost om uit te voeren, is helemaal afhankelijk van jullie eigen plan.
Hoe concreter hoe beter! Beschrijf exact wie wat doet en voor hoe lang. ‘We gaan meer met ouders praten’ is bijvoorbeeld niet genoeg. Wie gaat met de ouders praten? Met hoeveel ouders? Wat ga je tegen ze zeggen? Wat is het gewenste effect daarvan? Kun je dat effect meten?
Om de duur te bepalen, zoek een optimum tussen genoeg tijd om het te laten landen en iets van verandering te kunnen zien, maar niet zo veel tijd dat de aandacht weer verslapt of het geen experiment maar een vol project is. Vuistregel: tussen de 1 en 3 maanden.
Meetbare factoren die verandering aantonen kunnen erg variëren; van een cijfer (1-10) dat de gebruikers van de oplossing eraan geven, tot het aantal keer dat een kind de klas uit is gestuurd in een bepaalde periode. Kies iets dat een indicatie geeft in de richting van de oplossing die je wil bereiken.